Bij wie ligt de verantwoordelijkheid?

‘Soms kun je door er iets over te zeggen de boel al oplossen. Je hoeft dan niet meteen een gesprek te hebben.’ is hij van mening. Zo af en toe maakt hij mee dat een leerling in zijn klas een opmerking regelmatig plaatst naar een medeleerling en vervolgens zegt: ‘Ah, is een grapje meneer, is een grapje.’ Dan zegt hij: ‘Als je dit grapje honderd keer in de week hoort, dan is het geen grapje meer hoor.’

Als leraar doet hij er altijd iets aan als hij rotopmerkingen waarneemt, door een korte opmerking te geven en als het nodig het in een klein groepje bespreken. ‘Hoe sneller je erbij bent, hoe beter het is. Laat je het vijf jaar door sudderen, dan wordt het héél wat.’

Laatst hadden zijn leerlingen een mondeling. Hij sprak met alle leerlingen en vroeg hen hoe zij hun mondeling vonden gaan. Eén leerling moest huilen tijdens de mondeling. ‘Ik vroeg: Viel het tegen, waarom barste je in huilen uit en heb je dat ook bij anderen? Even zonder dat er iemand anders bij zat. Zo kun je al heel preventief bezig zijn.’

Er zijn leerlingen die willen dat er niks aan wordt gedaan, weet hij uit ervaring. Zij zijn bang: ‘Zeg er maar niks van, want dan wordt ik nog meer gepest.’ Dan maakt hij even geen opmerking. Maar de laatste jaren heeft hij dit niet meer gezien gelukkig. ‘Maar ik zeg niet dat het niet gebeurt.’

Tips aan leerkrachten en ouders.

1. Als je pesterijen waarneemt natuurlijk niet negeren. En als je er niet direct een opmerking over wilt maken, wat ik dan wel doe, spreek de gepeste leerling na de les aan. Ik zag dit of dat of stel de vraag: wordt je gepest? En ook aan de leerling vragen of hij of zij wilt dat er iets aan gebeurt en of het belangrijk is om iemand hierover te spreken.
2. Verwijten ouders de school onterecht dat er niks aan gedaan wordt? Als mentor of als leerkracht moet je altijd in gesprek gaan. Er zijn ouderavonden waar je zulke dingen kan aankaarten.
3. Voer gesprekjes met leerlingen. Gewoon van: Hoe gaat het met je. Simpel, niet moeilijk.
4. En als je als ouder iets merkt en je vindt dat er iets aan moet gebeuren, neem dan altijd contact op met de leerkracht.

‘Ik denk dat zij mij wel een prettige leraar vinden.’ Lachend vertelt hij: ‘Ik ben onlangs een tijdje ziek geweest en dan hoor je: Wanneer komt u weer terug? en We missen u. Dus dan moet je weer ziek worden om dat te horen, want als je er bent doe je natuurlijk niets goed. Want dan loopt dát niet en dát niet en dan ben je weg en zeggen zij: Wanneer komt u weer terug? Ha haha. Maar ja, dat gaat overal zo…’